Groen licht voor verbod op aanrekenen van supplementen in ambulante zorg bij sociaal en financieel kwetsbare patiënten
Het Verzekeringscomité van het RIZIV - met daarin de vertegenwoordigers van de mutualiteiten en zorgverleners – gaf vandaag groen licht voor het verbod op ereloonsupplementen in de ambulante zorg voor patiënten met een verhoogde tegemoetkoming. Dit verbod garandeert tariefzekerheid en betaalbare zorgen voor sociaal en financieel kwetsbare mensen die beroep doen op een tandarts of een arts zonder opgenomen te zijn in een ziekenhuis. Het verbod zal – zoals besproken met de vertegenwoordigers van artsen en tandartsen – stapsgewijs ingaan vanaf januari 2025. Het beantwoordt aan een belangrijke recente aanbeveling van het KCE.
Het principe van een verbod op ereloonsupplementen in de ambulante zorg voor patiënten met een verhoogde tegemoetkoming is op initiatief van de regering reeds vastgelegd in de wet. Maar over de uitvoeringsmodaliteiten is grondig overleg gepleegd met de vertegenwoordigers van artsen en tandartsen. Vandaag werden de koninklijke besluiten die de wet uitvoeren goedgekeurd door het Verzekeringscomité. Dat het verbod in fases ingevoerd zou worden is besproken met de artsen en tandartsen in het kader van de tariefakkoorden voor de periode 2024-2025. Deze akkoorden zijn in december 2024 tot stand gekomen zijn in de schoot van de zgn. ‘medicomut’ en ‘dentomut’. Deze akkoorden maken ook een belangrijke investering mogelijk in de tand- en mondzorg, met onder meer belangrijke verbeteringen van de officiële tarieven. Ook het akkoord met de artsen voorziet oplossingen voor specifieke knelpunten bij het verbod op ereloonsupplementen die de artsen gesignaleerd hebben. De KB's geven uitvoering aan deze afspraken, maar werden opnieuw voor advies voorgelegd aan de betrokken organen en ter goedkeuring aan het Verzekeringscomité. De volgende stap is dat de ministerraad de definitieve besluiten goedkeurt.
Voor sociaal en financieel kwetsbare mensen zullen zorgverleners binnen de ambulante sector in de toekomst geen ereloonsupplementen meer kunnen vragen, tenzij de patiënt een ‘bijzondere eis’ stelt. Het verbod zal stapsgewijs ingaan. Met ‘de ambulante sector’ bedoelen we alle prestaties in de privépraktijken van artsen en tandartsen alsook prestaties voor patiënten in een ziekenhuis wanneer ze daar niet overnachten en niet zijn opgenomen in daghospitalisatie. Een echografie bij een gynaecoloog die je raadpleegt in een privépraktijk buiten een ziekenhuis of in een ziekenhuis, als je in het ziekenhuis niet opgenomen bent en niet in daghospitalisatie, valt dus bijvoorbeeld onder het verbod.
Dergelijk verbod geldt al langer voor verpleegkundigen, vroedvrouwen, kinesitherapeuten en paramedici zoals logopedisten.
Bij de artsen:
· Vanaf 1 januari 2025 voor patiënten die het recht op de verhoogde tegemoetkoming automatisch krijgen. ‘Automatisch’ betekent dat er geen apart onderzoek gebeurt naar het inkomen van het gezin. Het gaat dan bijvoorbeeld over mensen die recht hebben op een leefloon, ouderen die beschermd worden door de Inkomensgarantie voor Ouderen (IGO) of kinderen met een handicap. Het gaat naar schatting om zowat de helft van de mensen die recht hebben op de verhoogde tegemoetkoming.
· Vanaf 1 januari 2026 voor alle patiënten die het recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming, met inbegrip van patiënten waarvan het gezinsinkomen niet boven een bepaalde grens mag komen
Bij de tandartsen:
· Vanaf 1 januari 2025 enkel een verbod voor alle patiënten die recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming bij bepaalde prestaties, waaronder alle preventieve prestaties, zoals het jaarlijks mondonderzoek, tandsteenverwijdering of het verzegelen van groefjes. Ook prestaties waarvan de tarieven geherwaardeerd zijn, zoals extracties, uitneembare protheses of digitale radiografieën zijn gevat in de eerste fase. De prestaties die in deze eerste stap gevat worden door het verbod vertegenwoordigen 52% van het budget voor tand- en mondzorg.
· Vanaf 1 juli 2026 wordt het verbod over alle verstrekkingen volledig uitgerold.
De komende maanden en jaren wordt verder gewerkt aan maatregelen om de officiële tarieven te verbeteren.
Frank Vandenbroucke is tevreden: “Vorige week wees het Kenniscentrum nog op het belang van betaalbare zorg, als we sociaal-economische ongelijkheden in de zorg willen verminderen. Dat is ook onze inzet: iederéén moet de best mogelijke zorg krijgen en die ook kunnen betalen. Een verbod op ereloonsupplementen betekent ook dat patiënten weten waar ze aan toe zijn.”
Vandenbroucke wijst er ook op dat dit verbod een deel is van een reeks hervormingen en investeringen in de gezondheidszorg om ervoor te zorgen dat elke zorgverlener opnieuw gewaardeerd wordt, en wél krijgt wat hij of zij verdient, zonder de patiënt daarvoor op kosten te moeten jagen. Zo steeg het budget binnen de ziekteverzekering onder meer voor de tandartsen van 992 miljoen in 2019 tot 1,495 miljard euro in 2024.