Persbericht

De bekwame helper: een nieuwe stap vooruit in onze gemeenschap van zorg

Een doorbraak voor de kwaliteit van leven van patiënten

Op voorstel van minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken, Frank Vandenbroucke, heeft de federale regering het wetsontwerp 'bekwame helper' goedgekeurd. Een bekwame helper is iemand die zélf geen verpleegkundige is, maar in het kader van zijn of haar beroep of een vrijwillige activiteit - buiten een zorginstelling - toch één of meerdere verpleegkundige handelingen wil en mag verrichten. De ambitie is om de wettelijke regeling tegen eind september rond te hebben, zodat het statuut van bekwame in de praktijk kan toegepast worden. "Dit is een doorbraak in de eerste plaats voor de kwaliteit van leven van patiënten, niet het minst van chronisch zieken. Maar ook voor de kwaliteit van leven van wie zorg geeft, denk aan mantelzorgers: zo kunnen ze zorg delen en af en toe eens tijd nemen voor zichzelf. Ten derde zullen mensen die zorg willen en kunnen geven, dat met een gerust hart kunnen doen, wat door de huidige wet niet kon. Tot slot verlichten we zo ook de druk op onze verpleegkundigen en artsen", zegt Frank Vandenbroucke.

Het dossier 'bekwame helper' zat al jarenlang muurvast. Nochtans waren verschillende patiënten- en mantelzorgverenigingen al heel lang vragende partij om het statuut van bekwame helper wettelijk te regelen. Ook in het onderwijs en bij uitbreiding in de hele welzijnssector leefde dat verzoek vurig. ​ 
 
Een bekwame helper zal - in het belang van patiënten, in de eerste plaats personen met een chronische ziekte, maar ook (en niet in het minst) in het belang van hun familie - één of meerdere welomlijnde verpleegkundige handelingen mogen en kunnen stellen. Deze welomlijnde verpleegkundige handelingen kunnen bijvoorbeeld in een school, in een kinderdagverblijf, in een dagcentrum, of in een instelling voor personen met een handicap. Maar ook voor wie bijvoorbeeld als mantelzorger optreedt of voor wie als ouder zorg opneemt voor zijn of haar kind wordt het straks een pak eenvoudiger. Zo zijn er vandaag heel wat ouders die niet kunnen gaan werken of enorm veel vakantiedagen moeten opnemen, omdat hun kinderen niet naar de buitenschoolse opvang of op kamp kunnen in de zomer. ​ 
 
Let wel: de behandelende arts of verpleegkundige moet altijd toestemming geven en bepaalt wat de bekwame helper precies mag doen en wanneer. Zo zal de behandelende verpleegkundige of de behandelende (huis)arts een zorgplan voor de patiënt opstellen, waarin duidelijk moet staan welke taken de bekwame helper wél of niet mag uitvoeren, en voor welke tijdsperiode dat geldt. Afhankelijk van de specifieke zorgsituatie zal de bekwame helper óf een algemene instructie krijgen (die dus volstaat om als bekwame helper op te treden) óf een opleiding moeten volgen. ​ 
 
Dat kan bijvoorbeeld gaan om een leerkracht op school of een scoutsleider op kamp die kinderen onder hun hoede hebben. Zij kunnen dan kinderen met diabetes helpen met hun prik. Het kan ook gaan om het toedienen van geneesmiddelen door begeleiders op een jeugdkamp of in een kinderdagverblijf, of oogdruppels door iemand van gezinszorg die thuis langskomt. (Voor concrete voorbeelden uit de praktijk - zie onderaan). ​ 
Frank Vandenbroucke: "Dit is een doorbraak als je een (h)echte gemeenschap van zorg wil vormen. In de eerste plaats voor de kwaliteit van leven van patiënten, niet het minst van personen met een chronische ziekte. Hun zorg wordt op die manier minder star en zo herwinnen ze een stukje zelfstandigheid en vrijheid. Maar ook voor de kwaliteit van leven van wie zorg geeft, is dit een grote stap vooruit. Dan denk ik aan mantelzorgers: zo kunnen ze de zorg delen en af en toe eens tijd nemen voor zichzelf. Ten derde zullen mensen die zorg willen en kunnen geven - denk aan een leerkracht op school - dat straks met een gerust hart kunnen doen als ze bekwame helper zijn, wat door de huidige wetgeving niet kon. Tot slot verlichten we op deze manier de druk op verpleegkundigen en artsen. Zij kunnen voor een stuk ontlast worden van taken die perfect door een bekwame helper kunnen worden uitgevoerd. Samengevat: de bekwame helper is gewoon een win-win voor heel onze samenleving." 

Volgens de huidige wetgeving riskeren mensen die geen verpleegkundige zijn, maar toch verpleegkundige handelingen willen stellen, immers vervolgd te worden. Terwijl die mensen alleen maar met goeie bedoelingen andere mensen willen helpen. Met het wetsontwerp wordt voorzien in een afwijking van de onwettige uitoefening van de verpleegkundige handelingen. Op de ministerraad werd dan ook een precieze lijst goedgekeurd van handelingen die een bekwame helper mag stellen, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen handelingen waarvoor een opleiding nodig is en de meest eenvoudige handelingen waar in plaats van een opleiding een instructie volstaat. Wanneer een opleiding nodig is, dan wordt de toestemming gegeven aan één bekwame helper, die met naam genoemd is. Wanneer een instructie volstaat, dan wordt de toestemming niet beperkt tot één met naam genoemde bekwame helper. Maar altijd zal het zo zijn dat de verpleegkundige of de arts één enkele patiënt zal aanduiden voor wie de toestemming geldt, en zal omschrijven welk zorgplan en welke procedures gevolgd moeten worden. Deze lijst komt in een Koninklijk Besluit, dat nog definitief moet worden goedgekeurd. 

In bijlage vindt u alvast de lijst van de handelingen die mits een opleiding of via een algemene instructie aan een bekwame helper toevertrouwd kunnen worden. Hier wordt echter nog een belangrijke bijkomende afwijkingsmogelijkheid aan toegevoegd: in uitzonderlijke of tijdelijke omstandigheden kunnen nog meer handelingen mits een opleiding toevertrouwd worden aan de bekwame helper. Bijvoorbeeld wanneer de patiënt zijn of haar verblijfplaats tijdelijk verlaat, of wanneer de mantelzorger die gewoonlijk bepaalde verpleegkundige handelingen op zich neemt dit tijdelijk of uitzonderlijk niet kan doen én de zorgverstrekker de zorg niet op zich kan nemen. De uitzonderlijke aard van zo'n situatie wordt beoordeeld door de arts of verpleegkundige die de toelating geeft. Een voorbeeld van een ‘tijdelijke’ omstandigheid is aanwezigheid op school of op een vakantiekamp. 

Hiermee is een zeer belangrijke horde genomen. Bijkomend wil Frank Vandenbroucke echter onderzoeken of bepaalde handelingen, die nu in de lijst zitten van handelingen waarvoor een ‘algemene instructie’ nodig is om ze door niet-verpleegkundigen te laten uitvoeren, ook uitgevoerd zouden kunnen worden door niet-verpleegkundigen zonder instructie. De minister wil dat doen door deze handelingen volledig te schrappen uit de lijst van verpleegkundige handelingen; dan moet natuurlijk wel gedefinieerd worden welke voorwaarden toch gerespecteerd moeten worden door iemand die zulke handelingen stelt. ​ Met andere woorden, hiervoor is een nieuw en aangepast wetgevend kader nodig. De reden waarom Vandenbroucke deze bijkomende stap wil zetten, is om verpleegkundigen en artsen niet te veel te belasten met (nieuw) administratief werk: een ‘instructie’ is immers een attest, en artsen en verpleegkundigen klagen nu al, terecht, over de vele attesten die ze moeten afleveren. Dit wordt de komende maanden nog verder uitgewerkt. Maar deze verdere versoepeling die de minister voor ogen heeft, verhindert niet dat het statuut van de bekwame helper nu al wettelijk geregeld wordt en ook in de praktijk gebracht. 

 De ambitie is om tegen eind september nog het statuut van bekwame helper helemaal wettelijk én in de praktijk mogelijk te maken via het aangenomen wetsontwerp en het bijhorende Koninklijk Besluit. Eens zo ver zal ook de website bekwamehelper.be operationeel zijn. Daar zal je alle nodige informatie vinden: wat je moet doen om bekwame helper te worden, de voorwaarden waar je aan moet voldoen, net als de precieze omstandigheden waarin je kunt optreden als bekwame helper. 

 

Een aantal voorbeelden uit de praktijk ​ 

Kinderen

(1) Leon is 6 en heeft ADHD. Om zich te kunnen concentreren tijdens de lessen wordt Rilatine voorgeschreven. Dit dient hij elke dag in te nemen. De kinderpsychiater schrijft voor dat dit bij voorkeur dient te gebeuren om 8u15 en om 12u45. Een leerkracht - of iemand anders van het schoolpersoneel - kan dan optreden als bekwame helper. 

=> algemene instructie voor bekwame helper volstaat

(2) Asmae is 8 jaar en heeft diabetes type 1. Bij iedere maaltijd moet ze insuline toegediend krijgen. Hetzij via een insulinepen, hetzij via een insulinepomp. Ze kan dit zelf nog niet. De ouders vragen aan de leerkracht - of iemand anders van het schoolpersoneel – om deze insuline toe te dienen bij het middageten en bij de tussendoortjes. Die kan optreden als bekwame helper. Dit vermijdt de dagelijkse aanwezigheid van ouders of een verpleegkundige om deze insuline toe te dienen. Bovendien kunnen de ouders van Asmae nu met een gerust hart hun kind op schooluitstap laten gaan, zonder dat ze daarvoor zelf een dag vakantie moeten nemen. 

=> opleiding voor bekwame helper noodzakelijk

(3) Marie is 11 en heeft een maagsonde. Soms komt die los tijdens het spelen. Ze is zelf nog te klein om die veilig goed te steken. Een scoutsleider kan die nu terug steken zodat ze verder kan blijven spelen en mee op kamp kan met de scouts. Haar ouders hoeven niet langer vakantie te nemen om Marie te begeleiden. 

=> opleiding voor bekwame helper noodzakelijk

(4) Eleana is 12 heeft een lichte motorische handicap. Ze moet op geregelde tijdstippen een inspuiting krijgen. Iemand van de buitenschoolse opvang of kinderkampen kan de inspuiting zetten. Zo kan Eleana ook mee met haar vriendinnetjes spelen na school en mee op kamp. 

=> opleiding voor bekwame helper noodzakelijk

 

Ouderen 

(1) Bij een bejaarde mevrouw vraagt de huisarts regelmatig de bloedsuikerwaarde te controleren. De echtgenoot van mevrouw neemt dit op zich en hij ‘prikt’ om de meting uit te voeren. De huisarts vraagt aan iemand van Gezinszorg - die vaak langskomt - om ook op momenten dat mijnheer niet thuis is op afgesproken tijdstippen deze meting uit te voeren. ​ 

=> opleiding voor bekwame helper noodzakelijk

(2) Jeanne is gepensioneerd kankerpatiënt en krijgt regelmatig COPD-zuurstof toegediend als ze het benauwd heeft. Haar partner helpt haar daarbij, maar werkt nog voltijds en vraagt een verzorgende om Jeanne te helpen als hij gaan werken is. Die verzorgende kan - als bekwame helper - zuurstof toedienen via een zuurstofneusbril. 

=> opleiding voor bekwame helper noodzakelijk

 

Mensen met een handicap 

(1) Wim is 36 en volledig verlamd. Zo wordt Wim thuis onder meer beademd en heeft hij ook een maagsonde. Wim krijgt thuis ondersteuning, maar zijn partner plant na jaren van zorg om opnieuw te gaan werken. Om meer zelfstandig te kunnen leven en zijn partner de kans te geven om opnieuw te gaan werken, wil Wim een beroep doen op een persoonlijke assistent die overdag bij hem blijft. Mits opleiding en een uitgekiend zorgplan kan die persoon optreden als bekwame helper, om bijvoorbeeld het beademingstoestel te vervangen of de sondevoeding te bedienen. 

=> opleiding voor bekwame helper noodzakelijk

 

Bijlage bekwame helper.pdf