Reactie WHO rapport
1 op 20 huishoudens in ons land heeft het moeilijk om uitzonderlijke zorgkosten te betalen. “Van bij de start van de nieuwe regering in november 2020 zijn we in actie, maar het werk is nog niet af”
Kunnen mensen zich veroorloven om belangrijke uitgaven te doen voor hun gezondheid? Vooral de armste gezinnen in ons land stellen zorg uit omwille van financiële redenen. Dat is één van de belangrijkste conclusies uit een gezamenlijk rapport van de WHO en het KCE over financiële bescherming en toegang tot gezondheidszorg. Deze studie toont aan hoe ongelijk onze gezondheidszorg in 2020 en 2021 nog was. ‘De gezondheidskloof verminderen, de best mogelijke gezondheidszorg voor iederéén, dat is een gevecht. Elke dag opnieuw’, zegt Frank Vandenbroucke. Er is een grote gezondheidsongelijkheid tussen de sociaal zwakste groep en de rest van de bevolking; de gezondheidskloof in de bevolking groeit geleidelijk naarmate mensen verder verwijderd zijn van de sociale topgroep. Nog anders gezegd, er is ook een verschil in gezondheid en gebruik van gezondheidszorg tussen mensen uit de middengroep en mensen uit de rijkste groep. En dus mag het beleid niet vertrekken van een simpele tweedeling tussen ‘de zwaksten’ en de anderen.
Het rapport van de WHO en het KCE heeft betrekking op het jaar 2020. De vaststellingen voor de jaren 2020 en 2021 zijn ook beïnvloed door de covid-crisis, die onder meer geleid heeft tot uitstel van zorg. Tijdens die periode heeft de regering ook oog gehad voor de toegankelijkheid van specifieke maatregelen (door gratis vaccinatie, gratis testen in een hele reeks van omstandigheden, terugbetaling van zelftesten voor mensen met verhoogde tegemoetkoming, toegankelijke teleconsultaties…). En sinds 2020 zijn heel wat maatregelen genomen om de toegankelijkheid van de zorg te verhogen en financiële drempels weg te werken. Zo hebben we meteen maatregelen genomen om de maximumfactuur te verbeteren. De maximumfactuur hangt af van het gezinsinkomen en beschermt zo ook mensen uit de middengroep wanneer hun gezondheidskosten te hoog oplopen. De maximumfactuur doet dat op een fijnmazige manier. We hebben de rol van de maximumfactuur voor de mensen met de laagste inkomens aanzienlijk versterkt door een bijkomend plafond in te voeren van 250 euro in het systeem. Zo beantwoordt de maximumfactuur nog beter aan het principe van ‘progressief universalisme’: iederéén moet beschermd worden, maar hoe moeilijker mensen het hebben, hoe meer ze moeten geholpen worden. En dat is geen zwart-wit verhaal, waarbij je alleen een onderscheid maakt tussen ‘de zwakste groep’ en de hele rest van de samenleving. We hebben eind 2022 de wetgeving op de maximumfactuur nog op een cruciaal punt kunnen wijzigen: de plafonds van de maximumfactuur zijn daardoor dit jaar niet geïndexeerd, dus niet verhoogd, en dat betekent dat de chronisch zieke mensen die door de maximumfactuur beschermd worden in 2023 niet geconfronteerd zullen worden met extra gezondheidskosten, extra kosten die zelfs zouden kunnen oplopen tot meer dan 200 bijkomende euro’s. Om deze twee verbeteringen van de maximumfactuur (het extra plafond voor de zwakste groep, de bevriezing van alle plafonds) mogelijk te maken, hebben we structureel ruim 63 miljoen euro uitgetrokken.
Ook op andere vlakken hebben we pijnpunten aangepakt waar het rapport van de WHO en het KCE over spreekt. Zo hebben we het voor alle zorgverleners mogelijk gemaakt om voor alle prestaties die ze leveren het principe van de derde betaler toe te passen, zodat mensen niet zelf de hele factuur moeten voorschieten; en we investeerden in 2022 zeer fors in mond- en tandzorg. Dit jaar doen we een budgettaire inhaalbeweging voor de kinesitherapie, die belangrijk is om kinesitherapeuten die de officiële tarieven respecteren beter te vergoeden. Meer in het algemeen is het aanmoedigen van conventionering en het indijken van supplementen een belangrijk actiepunt.
Maar sociaal sterkere mensen vinden ook gemakkelijker de weg naar de gepaste zorg. Daarom moeten we niet alleen investeren in de zorg maar ze ook durven hervormen. Ik geef een voorbeeld. Wat psychologische zorg in de eerste lijn betreft, is er vandaag dankzij een massieve investering die nu uitgerold wordt, een aanbod van meer dan 30.000 uren per week voor raadplegingen die bij de eerste sessie gratis zijn en dan 11 of 4 euro kosten. Maar daar blijft het niet bij. De netwerken geestelijke gezondheidszorg moeten het progressief universalisme ook toepassen: ze moeten extra aandacht besteden aan hun aanbod voor kwetsbare groepen en daar ook de nodige prioriteit aan geven. En de psychologen en orthopedagogen die meewerken moeten ook niet wachten tot mensen de weg gevonden hebben en op hun deur kloppen; ze zullen ook de stap zetten naar plekken waar sociaal kwetsbare mensen met hun problemen toekomen, zoals sociale diensten, andere hulpverleners, jeugddiensten… Gelukkig is er al een grote groep psychologen waar we op kunnen rekenen voor deze conventie: er zijn nu al 3.242 conventies (waarbij sommige psychologen en orthopedagogen bij de verschillende netwerken wel meer dan één conventie getekend hebben). Maar daarmee is ons werk natuurlijk niet af. De komende maanden lanceren we nog belangrijke hervormingen, onder andere in de huisartsgeneeskunde, om de best mogelijke zorg voor iedereen beschikbaar te stellen.
Frank Vandenbroucke: “Iedereen die mee wil strijden voor betaalbare en toegankelijke gezondheidszorg vindt in mij een partner”, zegt minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke. “De strijd voor gelijkheid in toegang en betaalbaarheid van gezondheidszorg moet je altijd herbeginnen, elke dag. Want wie plukt er altijd als eerste de vruchten van investeringen en nieuw beleid? Mensen die het goed hebben, die goed opgeleid zijn en snel de weg vinden. En dus is het mijn verantwoordelijkheid om die strijd elke dag opnieuw te voeren, zodat niet alleen die mensen, maar iédereen in onze samenleving toegang heeft tot de beste zorg, én die ook kan betalen.”
Overzicht van de concrete initiatieven die we deze legislatuur genomen hebben om financiële drempels te verlagen en laagdrempelig en outreachend te werken naar sociaal zwakkere mensen:
1. Verlagen financiële drempels
- Geen indexering van de remgeldplafonds MAF (beschermen van 665 000 gezinnen)
- Extra laag plafond maximumfactuur van 250 euro
- Bevriezing maximumtarieven supplementen in ziekenhuizen
- Wettelijke basis verbod ereloonsupplementen ambulante sector voor patiënten met verhoogde tegemoetkoming
- Afschaffing verbod derdebetalersregeling: elke huisarts krijgt mogelijkheid enkel het remgeld aan te rekenen aan de patiënt.
- Toegankelijke eerstelijnspsycholoog aan 11 euro en 4 euro voor mensen met een verhoogde tegemoetkoming
- Tandzorg: gratis tot 19jaar + optrekken van de leeftijd voor de terugbetaling preventief onderzoek
- Non take up verhoogde tegemoetkoming
- Gezond eten goedkoper maken, ongezond duurder (tabak)
- Stimuleren conventionering zorgverleners (100 mio in 2023)
- Veel remgelden worden niet geïndexeerd (vaste remgelden van bijvoorbeeld huisartsen, kinesitherapeuten, geen verhoging remgeld terugbetaalde geneesmiddelen, …)
- Maatregelen ter bevordering van de transparantie (affichage: prijzen uithangen in de praktijken, kostenraming, zicht op supplementen ambulante sector, ...)
2. Outreachend/laagdrempelig werken
- 1 mio voor een pilootproject met mondhygiënisten in tandartspraktijken en wijkgezondheidscentra (oureachend: de monhygiënist gaat mensen actief opzoeken)
- Eerstelijnspsychologische conventie wordt uigerold: zet extra in op kwetsbare mensen en werkt daarvoor via vindplaatsen (ocmw, school, clb,..)
- Introductie van Community health workers : zij moeten kwetsbare mensen begeleiden en de weg wijzen naar onze gezondheidszorg.
- Zorgtrajecten worden in 2023 uitgewerkt, met specifieke aandacht voor kwetsbare groepen (perinataal zorgtraject voor kwetsbare moeders, obesitas, ...)