Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke Vandenbroucke reageert op studie CM over ELP-conventie
Uit een studie van de CM blijkt dat een groeiend aantal mensen de weg vindt naar het laagdrempelig en betaalbaar aanbod psychologische zorg dat minister Vandenbroucke in de vorige legislatuur uitrolde. Bovendien bereikt het aanbod psychologische zorg precies de groepen die er de meeste nood aan hebben: kinderen en jongeren, vrouwen en mensen met een laag inkomen. “Mensen vinden de weg naar hulpverlening, en andersom is de hulpverlening ook steeds meer lokaal en in de buurt van zowel volwassen als kinderen en jongeren terug te vinden. Om de nodige ondersteuning en hulp mogelijk te maken, hebben we de financiële drempels zo laag mogelijk gelegd en dat werpt vruchten af”, zegt minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke.
Het doel van deze hervorming eerstelijns psychologische zorg was om maximale mentale gezondheid te creëren én kwaliteitsvolle geestelijke gezondheidszorg te waarborgen: nabij, toegankelijk én laagdrempelig. In België vonden al 537.154 mensen de weg naar dit aanbod, waarvan 213.740 kinderen en jongeren. “De studie van de CM stipt aan dat net de groepen die het grootste risico lopen op mentale gezondheidsproblemen zoals kinderen, jongeren, vrouwen en mensen met een verhoogde tegemoetkoming de weg vinden naar het aanbod. Dat is mooi, want dat was precies het opzet van het aanbod psychologische zorg waar we in 2021 mee gestart zijn. We bereiken mensen die anders vaak niet of veel te laat de weg vinden naar psychologische zorg”, zegt Frank Vandenbroucke.
Steeds meer mensen die bij hun huisarts op consultatie gaan melden niet alleen lichamelijke klachten maar ook psychische zorgen. Dat kan gaan van stress en slaapproblemen tot burn-out of depressieve gevoelens. De huisarts is vaak de eerste die die signalen vaststelt en kan oppikken. De rol van de huisarts blijft daarom cruciaal in het goed doorverwijzen van mensen met mentale problemen. “Daarom maakten we het mogelijk voor de huisartsen om intensiever met klinisch psychologen en orthopedagogen samen te werken zodat de patiënt sneller passende hulp kan krijgen en de drempel om psychische zorg te zoeken, verkleint. Die mogelijkheden tot samenwerking bestaan vandaag maar worden nog onvoldoende benut door huisartsen. IK roep huisartsen daarom op om meer gebruik te maken van dit aanbod, dat kosteloos is voor hen, maar hun praktijk aanzienlijk versterkt”, zegt Frank Vandenbroucke.
De toekomst
“De hervorming van de eerstelijns psychologische zorg is nog jong (of in volle evolutie), maar de resultaten tonen duidelijk dat we op de goede weg zijn en hierin verder willen in blijven investeren. Dit model zullen we, na wetenschappelijke evaluatie en eventuele bijsturing, deze legislatuur structureel verankeren”, zegt Vandenbroucke.
“We denken verder na hoe we hoe we in de toekomst puur medicamenteuze behandelingen kunnen vervangen door niet-medicamenteuze vormen, eventueel in combinatie wanneer dat nodig is. Daarvoor bestaan trouwens wetenschappelijke richtlijnen. De hervorming van het huidige eerstelijns aanbod gaat dus niet enkel over extra budget, maar ook over een verandering in de manier van werken. We willen meer efficiëntie bereiken door groepsgerichte aanpak, betere samenwerking met eerstelijnsactoren en meer steun voor zelfzorg bij de brede bevolking”, besluit Vandenbroucke.