Frank
Vandenbroucke

Thuisverpleegkundigen hebben geen voorschrift meer nodig voor een heleboel verstrekkingen bij patiënten. Daardoor neemt de administratieve rompslomp verder af. Het gaat onder meer over intramusculaire, subcutane en hypodermale injecties, het toedienen van zalf of oogdruppels, blaassondages, wondzorg enzovoort. “We zorgen ervoor dat zorgverleners binnen de thuiszorg hun tijd maximaal kunnen besteden aan hun patiënten zelf. Dagelijkse administratieve rompslomp bouwen we verder af. Dat maakt zorg opnieuw werkbaar. Zo dragen we zorg voor mensen in de zorg. Ook patiënten hoeven niet meer nodeloos naar de arts voor voorschriften voor verstrekkingen”, aldus minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke. 

Deze week keurde het Verzekeringscomité van het RIZIV het voorstel goed om de autonomie van thuisverpleegkundigen te vergroten en de administratieve lasten verder af te bouwen. Vorig jaar kregen thuisverpleegkundigen al meer verantwoordelijkheden in kader van een bredere hervorming van het verpleegkundig beroep dat minister Vandenbroucke doorvoert. Zo breidt men het takenpakket van verpleegkundigen uit en wordt er beter samengewerkt. Die hervorming moet het werk interessanter maken én vermindert de planlast en tijdsdruk. 

Vandaag is het alleen nog zo dat er een voorschrift nodig is voor de toediening van de medicatie door een thuisverpleegkundige (het gaat daarbij niet over voorschrift medicament zelf, maar het toedienen ervan). Anders kan de patiënt geen beroep doen op een terugbetaling. Dat voorschrift valt nu weg. Patiënten zullen vanaf het najaar niet meer moeten zorgen dat er dergelijke voorschriften voor verstrekkingen in huis zijn als de thuisverpleegkundige langskomt.

Thuisverpleegkundigen worden zo ook erkend in hun zelfstandigheid. Het gaat om een heleboel verstrekkingen die ze vanaf dan probleemloos zelfstandig kunnen uitvoeren. Zoals verschillende injecties (intramusculair, subcutaan en hypodermaal), blaassondages, wondzorg, katheters via maagsonde,… . Het gaat om een wijziging in een koninklijk besluit, voor de feitelijke ingangsdatum mikt men op september.

Deze maatregel moet de opvolging van patiënten vergemakkelijken tijdens een behandeling. Uiteraard blijft het zo dat artsen de behandelingen opstarten en de medicatie zelf voorschrijven. De thuisverpleegkundigen kunnen daarna de verschillende verstrekkingen zelfstandig uitvoeren. De samenwerking tussen de arts en thuisverpleegkundige blijft essentieel.

“Deze maatregel is goed voor iedereen. De verpleegkundigen worden erkend en kunnen hun tijd maximaal besteden aan de zorg van de patiënt. Patiënten moeten niet meer naar de arts voor een voorschrift. En er zijn minder nutteloze raadplegingen voor de arts. Op die manier dragen we niet alleen zorg voor de mensen, maar ook voor de mensen in de zorg."