Meer tijd voor huisartsen voor reorganisatie wachtposten
Huisartsenwachtposten krijgen een jaar extra tijd -tot 1 januari 2026- om zich te herorganiseren in grotere samenwerkingsverbanden. Zij die willen, kunnen evenwel vervroegd instappen op 1 januari 2025. Tegen 30 september 2024 moeten alle huisartsenwachtposten wel aangeven hoe en met wie ze zullen samenwerken. Dat besliste Frank Vandenbroucke, de federale minister voor Sociale Zaken en Volksgezondheid in overleg met het Begeleidingsplatform Wacht. De extra tijd is bedoeld om voldoende aanwervingen te kunnen doen voor het triagenummer 1733 van noodcentrales, waarnaar patiënten kunnen bellen om na te gaan of ze dringend een huisarts moeten zien.
De huisartsen zorgen er via de wachtposten voor dat alle Belgen ook in het weekend-, de feestdagen of de weekavonden en -nachten indien nodig bij hen terecht kunnen. Dat is voor de huisartsen niet altijd evident, zeker niet in drukke tijden zoals die we vandaag kennen. Het is dan ook belangrijk dat de huisartsen tijdens de wacht enkel de patiënten zien die dringend verzorging nodig hebben, en dat ze deze wachten onderling kunnen verdelen en opnemen in een veilige omgeving, en dit met de nodige ondersteuning van onder meer onthaalmedewerkers en wagens met chauffeur.
De federale ziekteverzekering investeert daarom aanzienlijk in wachtposten. Er is financiering voorzien voor onthaalmedewerkers, wagen met chauffeur, coördinerend personeel, de gebouwen van de wachtposten… Minister Vandenbroucke besliste eerder om dit budget fors te verhogen. Het bedroeg in 2019 23 miljoen euro, en loopt op tot ruim 70 miljoen euro op kruissnelheid tegen 2025.
Dit gaat gepaard met een hervorming waarbij de huisartsenwachtposten meer moeten samenwerken, vooral tijdens de diepe nacht, in zogenaamde functionele samenwerkingsverbanden. Deze hervorming wordt achter de schermen grondig voorbereid, waarbij voorzien was om dit te laten starten op 1 januari 2025. Er werd aangenomen dat op dat moment ook de triage door 1733 voor alle wachtposten beschikbaar zou zijn. Daarom verdubbelde minister Vandenbroucke het budget hiervoor tot ruim 6 miljoen euro. Deze middelen worden vanuit Volksgezondheid geïnvesteerd in het aanwerven van extra operatoren voor de noodcentrales georganiseerd door en onder de bevoegdheid van Binnenlandse Zaken zodat zij ook de 1733 triage voor de huisartsen op zich kunnen nemen. Via dit nummer staan opgeleide operatoren de burgers te woord tijdens de wachturen, en wijzen hen op basis van protocollen door naar de juiste zorg. Vandenbroucke: ‘Dit is een belangrijke schakel in een goede organisatie van niet-planbare zorg. We moeten vermijden dat de huisartsen tijdens de wachturen patiënten zien die eigenlijk niet dringend gezien moeten worden. Het is daarom belangrijk dat Binnenlandse Zaken ervoor zorgt dat deze noodcentrales goed functioneren.”
Het aanwerven van operatoren door Binnenlandse Zaken verloopt, zeker langs Vlaamse kant, moeizamer dan verwacht, en dit ondanks de versterkte inzet om de werking van de noodcentrales te ondersteunen en te verbeteren, waarbij een masterplan werd uitgewerkt onder meer met een versnelde aanwervingsprocedure. De aanwervingen zijn lopende, maar er zijn nog onvoldoende operatoren om alle huisartsenwachtposten te kunnen doen aansluiten.
Er werd nu een concreet stappenplan uitgewerkt dat vooropstelt dat deze ambitie gerealiseerd zal kunnen worden tegen eind juni 2025. Concreet zullen voor het zomerreces een aantal Vlaamse huisartsenwachtposten nog kunnen instappen, waarbij gekeken wordt om voorrang te verlenen aan huisartsarme regio’s. Na de zomer zullen om de twee weken nieuwe wachtposten kunnen aansluiten. Langs Waalse kant zouden alle wachtposten tegen de zomer aangesloten kunnen zijn.
Om de 1733-uitrol en de creatie van de functionele samenwerkingsverbanden hand in hand te kunnen laten gaan, besliste minister Vandenbroucke in overleg met het Begeleidingsplatform Wacht, daarom om de implementatie van de samenwerkingsverbanden met een jaar uit te stellen tot 1 januari 2026. Huisartsenwachtposten die willen kunnen evenwel op 1 januari 2025 in stappen, zij genieten dan ook van het nieuwe en meer soepele financieringsmodel.
Om te garanderen dat heel België afdoende gedekt zal worden en er geen blinde vlekken overblijven, zullen alle wachtposten tegen eind september 2024 moeten aangeven met wie en hoe ze zullen samenwerken. De nodige tools werden uitgewerkt om hen daarbij te ondersteunen, waaronder een geografische tool waarbij de wachtposten de optimale inplanting van hun wachtposten en chauffeurs kunnen simuleren.
Minister Vandenbroucke: “Met dit uitstel bieden we een realistisch tijdskader -ook inzake de 1733- aan de huisartsen, en geven we hen extra tijd voor deze hervorming. Ik zal blijvend bij mijn collega Annelies Verlinden aandringen dat maximaal en duurzaam wordt ingezet op de aanwerving van en op een goed retentiebeleid van de operatoren van de noodcentrales.”