Communiqué de presse

Vandenbroucke vindt akkoord over de terugbetaling van logopedie voor kinderen

Sinds de zesde staatshervorming valt het aanbod van logopedie in Centra voor Ambulante Revalidatie net als in het buitengewoon onderwijs onder de verantwoordelijkheid van de deelstaten. Het aanbod in multidisciplinaire zorg via een revalidatiecentrum is echter ontoereikend. Volgens ouders, die dit probleem terecht aankaarten, is de spreiding van de centra slecht en zijn er wachttijden. Ook het buitengewoon onderwijs is niet in alle entiteiten op dezelfde manier aangepast aan de behoeften van deze kinderen. ​ 
 
De laatste jaren is een probleem ontstaan rond de terugbetaling van logopedie voor behandeling van stoornissen in taalontwikkeling en dysfasie voor kinderen met een IQ lager dan 86. Wanneer het IQ van een kind zo laag is, wordt verwacht dat het terecht kan in een Centrum voor Ambulante revalidatie en het buitengewoon onderwijs. De ratio legis die al tientallen jaren wordt toegepast door de overeenkomstencommissie logopedisten-ziekenfonds is dat de meeste van deze kinderen baat hebben bij een multidisciplinaire aanpak. Spraakproblemen of dysfasie is vaak slechts een onderdeel van een bredere problematiek. 
 
Het kernkabinet besliste vandaag dat er tijdelijk niet meer wordt gewerkt met een IQ-ondergrens voor de terugbetaling van logopedie door het RIZIV. Om een snelle toegang tot zorg te waarborgen zullen alle kinderen, zonder een onderscheid te maken in IQ, op dezelfde wijze toegang krijgen tot monodisciplinaire logopedie tot 1 juli 2025. Vanaf 1 juli 2025 kan monodisciplinaire logopedie terugbetaald worden voor kinderen met een IQ lager dan 70 na een multidisciplinair bilan door de Centra voor Ambulante Revalidatie dat geval per geval evalueert of een monodisciplinaire behandeling een meerwaarde betekent. Zo ja, dan zullen deze kinderen de toegang tot terugbetaalde monodisciplinaire logopedie behouden. Om te vermijden dat kinderen onvoldoende zorg ontvangen, blijft het evenwel belangrijk dat hun reële ondersteuning wordt beoordeeld door een multidisciplinair team. De overgangsperiode (tot 1 juli 2025) laat de gemeenschappen toe de nodige capaciteit te voorzien voor multidisciplinaire zorg in de Centra voor Ambulante Revalidatie. Er zal ook een IMC Volksgezondheid georganiseerd worden over de situatie. Intussen worden ook adviezen en studies afgeleverd.