Gepland vervoer tussen ziekenhuizen vanaf 1 januari helemaal gratis voor patient
Vanaf 1 januari 2024 zullen opgenomen patiënten voor een gepland vervoer tussen ziekenhuizen – omdat ze voor een ingreep of een behandeling bijvoorbeeld tijdig naar een meer gespecialiseerd ziekenhuis moeten - niet langer een factuur voorgeschoteld krijgen. Dat heeft minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke vandaag aangekondigd op het congres van Kom Op Tegen Kanker. Tot vandaag moeten patiënten die factuur - een bedrag dat soms hoog en onvoorspelbaar was – zelf betalen. Minister Vandenbroucke maakt daar nu een einde aan en investeert daarvoor 13,5 miljoen. Dat budget vertrouwt hij integraal toe aan de ziekenhuizen om die kosten te dekken. "Patiënten zijn gefocust op hun zorg en herstel. Maanden later een factuur in de bus krijgen - soms gaat het over grote bedragen – omdat ze voor een behandeling of operatie van het ene ziekenhuis waar ze verbleven, vervoerd werden naar een ander ziekenhuis omdat ze daar over de nodige expertise beschikken, komt hard aan. Omdat we blijven voortwerken aan hoogstaande, maar ook betaalbare gezondheidszorg, zorgen we er nu voor dat die factuur niet langer bij de patiënt belandt", zegt Vandenbroucke.
Ziekenhuizen werken steeds meer samen om de kwaliteit van de zorg voor hun patiënten te verbeteren. Dit kan zijn omdat voor gespecialiseerde ingrepen concentratie van expertise nodig is - bijvoorbeeld in de kankerzorg, maar ook breder - maar ook omdat in het kader van de ziekenhuisnetwerken ziekenhuizen afspraken maken over taakverdeling. Dit betekent soms dat opgenomen patiënten voor een behandeling of ingreep naar een ander, bijvoorbeeld meer gespecialiseerd, ziekenhuis vervoerd moet worden.
Deze samenwerking en specialisatie waar nodig is goed, maar uiteraard mag de patiënt daar niet de dupe van zijn. Helaas zien we dat patiënten vandaag vaak hoge en onvoorspelbare facturen voor dat "interhospitaal vervoer" krijgen voorgeschoteld, en dat soms maanden later. Meerdere studies, onder meer van het Observatorium voor Chronische Ziekten, brachten dit in kaart (zoals adviezen_observatorium_ziekenvervoer_tussen_ziekenhuizen_2020_06.pdf (fgov.be). Facturen tot soms 1.600 euro zijn geen uitzondering.
Daarom grijpt minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Frank Vandenbroucke, in, en investeert hij 13,5 miljoen euro om de bijdrage van de (in een ziekenhuis opgenomen) patiënt in die vervoerskosten tussen ziekenhuizen tot nul te herleiden. Concreet: vanaf 1 januari 2024 zal de patiënt geen factuur meer krijgen voor gepland vervoer tussen ziekenhuizen, wanneer geoordeeld wordt dat de patiënt voor een behandeling of operatie beter - en dat ook voor langer dan 24 uur - in een ander ziekenhuis terecht moet. De minister kondigde dat vandaag aan op een congres van Kom Op Tegen Kanker.
Vandenbroucke: "Betaalbare en toegankelijke gezondheidszorg, daar blijven we aan werken en dat met verschillende werven tegelijk. Dit is er één van en geen onbelangrijke, want dit is opnieuw een grote stap vooruit voor elke patiënt. Wie opgenomen is in een ziekenhuis, verdient de beste zorg en mag niet de dupe zijn van de vaststelling dat die zorg beter - en al dan niet tijdelijk - in een ander ziekenhuis plaatsvindt, waar ze bijvoorbeeld wél over de nodige apparatuur beschikken, of waar het zorgpersoneel wél de nodige expertise heeft voor een bepaald type kanker of andere ingreep. Daarom investeren we nu opnieuw om te vermijden dat de patiënt maanden later daarvoor eensoms hoge factuur in de bus krijgt. Terwijl je gefocust moet zijn op je herstel, komt zoiets hard aan. Daar maken we nu komaf mee."
Concreet, wat verandert vanaf 1 januari?
(1) Opgenomen patiënten die vandaag naar een ander ziekenhuis vervoerd worden en binnen de 24 uur terugkeren naar het verwijzende ziekenhuizen, of patiënten die tussen campussen van ziekenhuizen vervoerd worden, hoefden vandaag al niets betalen voor het "interhospitaal" vervoer. De verwijzende ziekenhuizen moeten deze kosten vandaag dekken. Vanaf 1 januari wordt dit principe nu uitgebreid tot al het gepland "interhospitaal" vervoer, ook als de patiënt niet binnen de 24 uur terugkeert, en dus in het andere ziekenhuis opgenomen blijft. Daartoe wordt een budget van 13,5 miljoen euro toegevoegd aan het Budget Financiële Middelen voor de ziekenhuizen. Het is aan de ziekenhuizen om goede afspraken te maken met ambulancediensten of zelf deze dienstverlening te voorzien.
(2) De precieze verdeling van deze investering gebeurt op basis van de verdeling van het budget dat de ziekenhuizen van de overheid krijgen voor de verzorging van de mensen die er verblijven (in het jargon verwijst men naar de ‘verantwoorde bedden’). Kleine ziekenhuizen zullen proportioneel meer middelen krijgen dan grotere ziekenhuizen vanuit de redenering dat zij meer patiënten doorverwijzen. De minister zal daarvoor rekening houden met het advies van de Federale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen. Er komt ook de nodige opvolging en registratie zodat op termijn - en indien nodig - bijgestuurd kan worden.
(3) Als patiënten dringend en dus niet-gepland doorverwezen moeten worden naar een ander ziekenhuis wordt vandaag een beroep gedaan op de dringende geneeskundige hulpverlening, en wordt een MUG, een Prehospital Intervention Team (PIT) of een 112-ambulance ingezet. Dit verandert niet. Maar, de ziekenhuisnetwerken hebben evenwel de mogelijkheid gekregen om een extra PIT per netwerk te krijgen, dat ook specifiek kan ingezet worden voor dringend vervoer tussen ziekenhuizen, onder welbepaalde voorwaarden. De meeste netwerken hebben dit gedaan, en dit kadert ook in het grotere hervormingsverhaal van dringende geneeskundige hulpverlening.